Vaccineren? Jij weet waarom.

In de herfst en winter doen corona en griep vaak de ronde. Sommige doelgroepen laten zich daarom beter vaccineren. Vaccineren is echter geen seizoensgebonden aangelegenheid: vaccins zijn belangrijk, je hele leven lang en zeker in bepaalde situaties.

Wie?

De corona- en griepvaccins worden aanbevolen aan mensen die het grootste risico lopen ernstig ziek te worden door corona en griep. De vaccins verkleinen namelijk het risico dat je ernstig ziek wordt of in het ziekenhuis belandt.

De Hoge Gezondheidsraad stelt dat deze groepen zich het best laten vaccineren deze herfst en winter:

griep- en coronavaccinatiegriepvaccinatie
  • personen 65 jaar of ouder;
  • zwangere vrouwen;
  • personen die langdurig in een zorgvoorziening wonen (bv. WZC, VAPH, ...);
  • personen samenwonend met kinderen jonger dan 6 maanden van wie de moeder niet gevaccineerd is tegen griep tijdens de zwangerschap;
  • personen werkzaam in de zorgsector, in of buiten een zorgvoorziening;
  • personen samenwonend met iemand met een onderliggend gezondheidsprobleem.
  • personen met onderliggende gezondheidsproblemen zoals:
    • long-, hart-, lever- of nieraandoeningen;
    • metabole aandoeningen zoals diabetes type 1 en 2;
    • neuromusculaire aandoeningen;
 
  • personen met een immuunstoornis of hiermee samenwonend;
 
  • personen met obesitas (BMI ≥ 40).
 

Waarom?

Er zijn heel wat redenen om je te laten vaccineren:

  • jezelf en kwetsbare naasten beschermen tegen ernstige ziekte;
  • verspreiding van ziektes tegengaan;
  • zorgeloos op reis gaan;
  • risico's op complicaties tijdens zwangerschap verminderen;
  • je pasgeboren baby al een dosis immuniteit meegeven;

Immuniteit kan na verloop van tijd afnemen, waardoor herhaalde of aanvullende vaccinaties nodig zijn. Bovendien neemt het risico op sommige ziektes toe met de leeftijd. 

Ben je als kind (niet) volledig gevaccineerd? Vraag je arts of het zinvol is om een inhaalvaccinatie te krijgen.

Hoe werken vaccins?

Vaccins helpen je lichaam beschermen door je immuunsysteem te trainen. Ze bevatten verzwakte, onschadelijke of dode deeltjes van een virus of bacterie. Je immuunsysteem bereidt zich voor op een ziekte door antistoffen aan te maken, zonder dat je effectief ziek wordt. Wanneer je later in contact komt met het echte virus of de echte bacterie, zal je immuunsysteem de ziekteverwekkers veel sneller herkennen en bestrijden. Zo word je veel minder of zelfs helemaal niet ziek.

Net zoals geneesmiddelen kunnen vaccins bijwerkingen veroorzaken. Deze gaan vanzelf over na enkele dagen en zijn niet ernstig.

Lees hier meer over de (bij)werking van vaccins.

Meer info

Alle antwoorden op vragen die je misschien hebt, kun je vinden in de onderstaande linken.