Het gewestplan legt voor het volledige grondgebied van Oostrozebeke de grondbestemmingen vast. Dit gebeurt aan de hand van een beperkt aantal bestemmingsvoorschriften. Omdat de voorschriften van het gewestplan vrij algemeen zijn konden deze voorschriften in het verleden via een bijzonder plan van aanleg (BPA) verfijnd worden.
Een BPA legt voor verscheidene delen van het grondgebied de bestemmingen en inrichting vast. Dit gebeurt aan de hand van heel gedetailleerde voorschriften. Er zijn verschillende BPA’s van kracht, hieronder vind je een overzicht. Vaak hebben ze betrekking op nieuwe woonwijken of bedrijven.
- BPA De Ginste opgeheven door RUP Kernversterking
- BPA Driehoek goedgekeurd op 22 februari 1996 opgeheven door RUP Kernversterking
- BPA De Pauw goedgekeurd op 10 juni 1997
- BPA De Roterij goedgekeurd op 25 juni 1998
- BPA Driehoek (wijziging) goedgekeurd op 4 november 1999 opgeheven door RUP Kernversterking
- BPA De Bilk goedgekeurd op 29 januari 2001
- Sectoraal BPA 1/1 t.e.m. 1/9 goedgekeurd op 31 mei 2002
- BPA Hoogleen goedgekeurd op 16 december 2002 deels opgeheven door RUP Kernversterking
- BPA Ter Priem goedgekeurd op 16 januari 2006
- BPA Ballingen goedgekeurd op 9 maart 2006 opgeheven door RUP Kernversterking
- Sectoraal BPA goedgekeurd op 25 augustus 2006
Sinds de goedkeuring van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan door de bestendige deputatie op 23 maart 2006 kunnen bestemmingswijzigingen niet meer via een bijzonder plan van aanleg, maar hanteert men het middel van de ruimtelijke uitvoeringsplannen.
Deze ruimtelijke uitvoeringsplannen treden in de plaats van en heffen het gewestplan en de bijzondere plannen van aanleg op. Ruimtelijk uitvoeringsplannen kunnen niet zomaar opgesteld worden maar moeten kaderen in de uitvoering van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan.